Ken je deze route goed? Wil je graag je kennis toevoegen aan deze pagina?
Geef ons een seintje op communicatie@hikingadvisor.be

Facts

De Alpe-Adria-Trail (AAT) is een samenwerkingsverband van de Alpenclubs van Oostenrijk, Slovenië en Italië. De route zoekt bewust niet de wildernis op, maar rijgt panoramapunten, dorpen en stadjes, meren en cultureel erfgoed aan elkaar. Het is een relatief recente route (2012) die deels door klassieke wandelgebieden loopt (bv. de Karst bij Triëste en de Hohe Tauern), en deels door relatief onbekende stukken berglandschap. 

Lengte : 750 km  en 25 000 hoogtemeters, verdeeld over 43 etapes.

Het is moeilijk om de ideale periode aan te duiden. Voor de stukken in Oostenrijk en Slovenië is juni - september het meest geschikt (eventueel ook al iets vroeger en later, een beetje afhankelijk van het aanbod aan overnachtingsplekken en eventueel pas iets later dan juni als je zeker geen sneeuw op het pad wil).
Het Italiaanse deel kan heel het jaar door, maar eerder niet in juli-augustus omdat het dan voor de doorsnee Vlaming te warm is voor een trektocht. Het deel in Oostenrijk en Slovenië loopt in gebergte tot een stuk boven 2000 m, het deel in Italië loopt aan de rand van de Po-vlakte.
Voor wie de route in één keer zou doen, is de perfecte timing dus bijvoorbeeld starten in Oostenrijk eind augustus / begin september en eindigen in Italië als de herfst de temperatuur wat aangenamer maakt, of starten in Italië in mei/juni en de lente bergop volgen.

De route leent zich echter perfect om in een 6-tal stukken van één week uit te splitsen, die telkens eindigen bij een stadje dat vlot per bus of trein bereikbaar is.

Overzichtskaart

Alpe-Adria-Trail-map-ring-of-the-3-nations.jpg

Moeilijkheidsgraad en techniciteit

Fysiek

Slechts enkele etappes zijn fysiek lastig (8 uur). Deze fysiek lastige etappes zijn allemaal geconcentreerd in het Sloveense deel van de AAT.

De meeste etappes zijn beperkt tot 5 à 6 uur dus is er tijd genoeg voor bezoekjes, zijsprongetjes, lekker eten en drinken enzovoort. De trail is ook zeer geschikt voor ultralopers en voor families. Grote delen van de trail hebben een service met bagagetransport.

Technisch

Het gaat om een mix van goedlopende bergwandelpaden (grotendeels T2 / rood) en klassieke wandelpaden in de vallei.

Etappes en varianten

Oostenrijk : Hohe Tauern en Karinthië

De AAT start op één van de meest iconische plekken van Oostenrijk : het panorama van de Grossglockner op Franz Jozefshohe. Deze wordt gemakkelijkst (en goedkoopst - het is een dure tolweg!) bereikt met de bus vanuit Heiligenblut, wat meteen ook de eerste overnachtingsplek is. De toeristenhotspots en de pieken van de Hohe Tauern verdwijnen vrij snel naar de achtergrond. De route volgt de vallei van de Möll tot de samenvloeiing met de Drau. Vervolgens worden de drie grote meren van Karinthië met een lus verbonden : Millstättersee, Ossiachersee, Worthersee. Zwempartijtjes in de meren wisselen af met stevige klimmen in glooiende bossen tot net boven de boomgrens. Het Karintisch deel eindigt in de buurt van Villach, een internationaal treinstation.

Villach of Beljak was in de tijd van het Oostenrijks-Hongaars Keizerrijk een meertalige stad, waar Sloveens en Duits naast elkaar bestonden. Ook nu nog is er - ondanks de vele tientallen jaren van anti-Sloveense maatregelen - in de bergen ten zuiden van Villach en Klagenfurt een levendige Sloveenstalige minderheid en zijn alle aanduidingen tweetalig.

Dit Oostenrijkse deel neemt 3 weken in beslag. Het kan in delen van telkens 1 week opgesplitst worden ; hiervoor voorziet de route zijsprongetjes naar Obervellach (treinstation) en Gmünd (snelweg / busstation).

Slovenië : Triglav nationaal park en Soča-vallei

Na Villach is er de keuze tussen een korte weg en een langere variant. De langere variant heeft een dubbel doel :

  • passeren bij het drielandenpunt
  • een lokale lustocht van 8 stapdagen in de Julische Alpen, in Oostenrijk, Italië en Slovenië.

De route door Slovenië loopt grotendeels door het Nationaal park van de Triglav. Dit stuk is fysiek het zwaarste, met meerdere etappes van 8 uur stappen en 1000 à 1200 m stijgen of dalen.

Het Sloveense stuk start met twee etappes met een bergpas. De eerste om de grens over te steken en de tweede om de bron van de Soča te bereiken. Het landschap combineert dennenbossen met spierwitte kalkwanden. De volgende Sloveense etappes volgen losjes de Soča-vallei. De bossen en kalkwanden worden aangevuld met fraaie kerkjes en kapellen, picture-perfecte watervallen en een kristalhelder smaragdgroene rivier. Dit deel (of varianten ervan) worden ook apart beschreven als Soča-trail.
Bij Tolmin wordt de vallei verlaten om opnieuw de bergen in te trekken. Deze keer om de grens met Italië over te steken. Wie de AAT in stukjes knipt kan best in Cividale de trein nemen.

Italië : Isonzo-front en de Karst bij Triëste

Het Italiaanse stuk (10-tal etappes) is veel rustiger. Veel etappes blijven in de vlakte. De route blijft meestal op de rand van de Po-vlakte en maakt hier en daar een lus dieper de bergen in. De hoogteverschillen zijn beperkt tot enkele 100m per dag.

Het landschap is relax : richting Italië, de vlakte met bomenrijen en wijngaarden. Richting Slovenië kalkheuvels en de uitlopers van de Alpen. Het is nauwelijks voor te stellen dat in dit landschap het Italiaanse leger in de eerste wereldoorlog koppig aanval na aanval uitvoerde vanuit de vlakte tegen stellingen van het Oostenrijks-Hongaarse leger in de heuvels en bergen. Het is dus vrij logisch om hier en daar een omwegje te maken naar resten van loopgrachten, kerkhoven enz. van het Isonzo-front.

De laatste etappes lopen door het Karst plateau. Deze keer met hoofdletter : veel van wat we weten over karstgebieden (kalkgebieden met grotten, kloven, rotsbogen, dolines, resurgences en alles wat er bij hoort) is hier voor het eerst ontdekt en beschreven.

Wie in deze uitlopers van de Alpen een lustocht wil doen, kan vlotjes deze route combineren met de rode Via Alpina en met de Sentiero Italia die in hier elkaar voortdurend kruisen.

Openbaar vervoer en bereikbaarheid

De route passeert om de 6 à 7 dagen een treinstation of vergelijkbaar. Lienz (in de buurt van de start), Villach (einde van het Oostenrijks deel) en Triëste (einde van de AAT) zijn treinstations op internationale verbindingen. 

Voor de heen en terugreis zijn er geen evidente keuzes. Sommige zullen kiezen voor de ÖBB Nightjet nachttrein die deze regio relatief goed bedient. Anderen kiezen voor het vliegtuig en hebben dan weer een nieuwe keuze te maken : de luchthavens vlak bij de trail (zie kaartje) met een eerder beperkt aanbod en geen low cost carrier, of een luchthaven wat verderop met een ruimer en/of goedkoper aanbod maar met nog een lange treinreis tot de gewenste bestemming.

Topokaarten en gidsen

De online topo is wellicht voor sommige mensen al voldoende.

Reisgids van Rudolf Abrahams (Engels, geschreven "door oog van de lens" van een fotograaf)

Topogids van Rother (Duits, klassiek opgevat)

Bewegwijzering

Er is een eigen markering die op wegwijzers, knooppunten en dergelijke gecombineerd wordt met de gebruikelijke lokale padmarkeringen. 

AATrail-logo.jpeg

Bivakkeren en overnachting

De route is opgevat met overnachtingen in B&B's of hotelletjes in dorpen en in berghutten. Iedere etappe eindigt in een logische overnachtingsplek.

Het moet mogelijk zijn om de route ook met de tent te doen. Hiervoor ben je dan aangewezen op campings waarbij het best is om de route hier en daar aan te passen. In Oostenrijk, Slovenië en de Italiaanse regio Friuli-Venezia is er een expliciet bivakverbod.

Bevoorradingsmogelijkheden onderweg

Weinig problemen. Reken er niet op dat je in ieder dorp dat je passeert een supermarkt zal vinden, maar om de 3-tal dagen is dat zeker wel het geval. Wie logeert in hotelletjes of berghut kan het half pension aanvullen met een picknick (zegden we al dat genieten van de lokale keuken belangrijk is op deze trail ?).

Om de 6 à 7 dagen passeer je een groter centrum ofwel een plek met uitstekend openbaar vervoer naar een centrumstadje met meerdere supermarkten, outdoor-winkels enzovoort.