Regio's

Vasteland

Eilanden

Portugal is opgesplitst in 7 regio's met onderling verschillende karakters.

mapa-regioes-de-portugal-scaled.jpg

  • Algarve : dit is de zuidkust. Het meest gekend bij buitenlandse toeristen, op veel plaatsen druk en volgebouwd. Het binnenland zijn pittige heuvels. De kustlijn zelf is erg gevarieerd : schitterende kalkrotskusten in het westen, ook strand in het midden, een moerasgebied en lagunes tegen de grens met Spanje (Andalusië).
  • Lisboa : Lissabon en omgeving : de stedelijke zone die groeide aan beide oevers van de Taag. Lissabon te noorden en Setúbal ten zuiden.
  • Alentejo : een eerder dun bevolkt gebied met veel ruimte voor natuur en landbouw. Ongeveer zo groot als België, maar met slechts 25 inwoners / km². Het grootste deel van de legendarische Portugese kurkeiken vind je in deze regio.
  • Centro : heel gevarieerd. Enkele historische steden zoals Coïmbra. Veel versterkte dorpen en middeleeuwse kastelen. Eerder bergachtig met diep ingesneden valleien en uitgestrekte loofbossen. In het binnenland de hoogste bergen van "mainland" Portugal : de Serra da Estrela, net geen 2000 m.
  • Norte : Porto en de wijngaarden van de Dourovallei zijn wereldwijd bekend. In tegenstelling tot het groene noorden van Spanje blijft de Norte een mediterrane regio. Net als in de rest van Portugal zijn de zomers er warm en droog ; de grens met Galicië is in de praktijk de grens met het "groene noorden" van Spanje + Portugal.
  • Madeira : een vulkanisch eiland dat meer naar het zuiden ligt, een eind buiten de Marokkaanse kust, op 2 h vliegen van Lissabon. Het staat al heel lang op de radar van wandel-liefhebbers. De meest gebruikelijk formule is een combinatie van (halve)dag etappes met korte verplaatsingen met huurauto of taxi.
  • De Azoren : een groepje vulkanische eilanden midden in de Atlantische Oceaan, op ca. 4 uur vliegen van Lissabon. Hier kan je wel terecht voor klassieke trekkings ; elk groter eiland van deze archipel heeft zijn eigen bergachtige lusroute of "coast to coast" van 2 à 4 stapdagen. De hoogste top van Portugal is de vulkaan Pico op het gelijknamige eiland.
    Beide eilandengroepen hebben een specifiek klimaat, met een natte kant en een drogere kant als gevolg van de dominante wind. De zomers zijn er droger, in het winterhalfjaar is het er regenachtiger.

Natuurparken

Portugal heeft één nationaal park en een dozijn natuurparken en dan nog een hele reeks andere beschermde gebieden. Bekijk dit overzicht. De meest opvallende zijn :

  • Peneda-Gerês National Park. Dit ligt helemaal in het noorden en vormt een grensoverschreidend nationaal park met het Serra do Xures park in Galicië. Granietmassief. Heel gevarieerd omdat het groenere Atlantische klimaat en het drogere mediterrane klimaat hier beide aanwezig zijn. Het enige nationale park.
  • Costa Vicentina. Dit omvat een groot deel van de kustzone ten zuiden van Lissabon. Voor trekkers het best gekend door de Fisherman's Trail.
  • Douro Internacional. Dit omvat het grootste deel van diep ingesneden Douro-vallei op de grens tussen Portugal en Spanje. Hotspot voor roofvogels. Aan de Spaanse kant  en aan de Portugese kant ligt een GR-route die samen een langgerekte lus vormen.
  • Serra da Estrella. Berggebied (graniet) met de hoogste toppen (net geen 2000 m) van Portugal.

Beste seizoen

Als wandelbestemming is Portugal ideaal in voorjaar en najaar. De zomer is eigenlijk te warm en het risico op bosbranden is hoog. In de winter zijn de kusten van Alentejo en Algarve en de eilanden een interessante bestemming maar je moet er dan wel rekening mee houden dat het er frisser en vooral natter (mist, regen) is dan in de rest van het jaar.
In het binnenland zijn campings en veel andere voorzieningen in de winter gesloten ; het normale seizoen is daar -/+ april tot en met oktober.

Overnachten en kamperen

Overnachting

Uiteraard het gewone aanbod van hotels, B&B, hostels, appartementjes, ... met fraaie pareltjes in het binnenland of in minder toeristische streken en lelijkheid die blijkbaar moet samengaan met de uitbouw van drukke badplaatsen.
Daarnaast enkele specifiek Portugese overnachtingsplekken :

  • Poussada's : hotels - in het duurdere prijsgamma - in oude landhuizen, kloosters, kastelen en andere unieke historische gebouwen : www.pousadas.pt. Niet te verwarren met de jeugdherbergen ; er zijn er een 40-tal en ze heten Pousadas de Juventude (www.pousadasjuventude.pt). Ook een Quinta is vrij duur : dit is een gerestaureerde Portugese herenboerderij.
  • Er is een ruim traditioneel aanbod van low-budget hotels. Vaak heten ze "pensão" of "resedencial".
  • Hostels staan vaak bekend onder de naam "albergue" of gewoon "hostel" (op plekken waar er meer internationaal toerisme is). Er is een specifiek aanbod op de Caminho Portugues.  
  • Wie wandelt in de meest toeristische regio's (omgeving Porto en Lissabon, de Algarve, ...) doet er best aan om het hoogseizoen (juli - september) te mijden. Niet alleen omwille van het risico op de hitte en bosbranden, maar ook omdat je dan vaak royale kortingen krijgt.

Bivakkeren

Portugal is een enorme trekpleister voor de surfing community. Het is dan ook niet te verwonderen dat de regelgeving voor wildbivakkeren ("Campismo Selvagem") op hun maat is geschreven en niet op maat van trekkers. Er is dus sinds 2021 een nieuwe regelgeving die zegt waar je terecht kan met de camper - er wordt dus niets gezegd over bivakkeren in een tent of onder een tarp - in de wegcode. Zie bv. deze bespreking. Kort samengevat : op vrij veel plaatsen waar je met de auto legaal kan staan mag je één of twee nachtjes overnachten in de camper, maar dit kan nooit in beschermde natuurgebieden. Dus in de meest interessante wandelgebieden (die samenvallen met een regionaal of nationaal natuurpark) kan het niet.
Net als in Spanje zit bivakkeren zonder tent / tarp / hangmat (gewoon onder de blote hemel) in een grijze zone. Enkele basisregels : probeer het niet te doen in drukke regio's (dat hoeft ook niet, er zijn daar genoeg campings). Nooit maar dan echt ook nooit vuur. Portugal wordt ieder jaar geteisterd door een bosbrandenseizoen. Blijf ver weg van gebouwen of ga juist een praatje maken om toelating te vragen. Afval meenemen. Beperk het verblijf tot 1 nacht. 

Campings

Je kan in heel Portugal terecht op campings. Doorgaans kan je er voor 5 tot max. 10 € terecht met een trekkerstentje.
Er is ook een breed aanbod aan kleine campings met groene ligging en je zal er ook grote campings vinden met veel ruimte en vrij te kiezen plekken onder eiken of pijnbomen.

Openbaar vervoer

Omwille van de afstand is het logisch om naar Portugal te reizen met het vliegtuig. Low cost tickets van Benelux (Schiphol, Charleroi, Zaventem, Eindhoven, ...) naar Faro (Algarve), Porto of Lissabon. Ook directe vluchten mogelijk naar Funchal (Madeira) of naar Azoren (meerdere eilanden).

Binnen de stedelijke kernen is openbaar vervoer perfect uitgebouwd en goedkoop. Tussen de grote steden (Faro, Lissabon, Coïmbra, Porto, Braga...) zijn er snelle treinverbindingen met de Alfa Pendular (een soort TGV) of met de Intercidades. Comboios de Portugal bedient ook een hele reeks andere steden. Behalve een lijn naar Madrid (TGV, nachttrein) zijn er zo goed als geen koppelingen met het Spaanse net. Koop tickets minstens 1 week op voorhand voor een vroegboek-korting. Check ook de lokale buslijnen ("autocarro"). De grootste busmaatschappij is Rede Espressos. Er zijn ook enkele lokale maatschappijen.

Liften is erg ongebruikelijk in Portugal.

Beste periode

Je kan het hele jaar door terecht in Portugal. De beste seizoenen zijn voorjaar en najaar. Wandelen langs de kust heeft ook in de winter zijn charmes.

De zomer is te mijden : risico op erg warm weer en in het binnenland een hoog risico op bosbranden. In de meest toeristische streken (Porto, Lissabon, Algarve, ...) zijn in het hoogseizoen de prijzen hoger.

In de bergachtige zones van Serra de Estrala is er in de winter kans op sneeuw.

Bewegwijzering en paden

Geen verrassingen : de lange afstandspaden heten hier ook GR (van Grande Rota). Net zoals bij ons worden doorgaande routes met rood/wit gemarkeerd en lokale lussen van enkele dagen met geel/rood.
Een aantal bekende paden hebben een eigen logo (bv. de jabobsschelp voor de Camino, de blauw/groene markering van de Fisherman's trail, ...). Kortere lokale paden worden officieel PR ("Pequeno Rota") afgekort maar zullen - zeker als ze specifiek voor wandelaar bedoeld zijn - eerder "Trilho" genoemd worden.

Kaarten en topogidsen
Bevoorrading en water

Voeding en water : in de praktijk geen probleem.

Specifiek outdoormateriaal : enkel in grote steden. Wie bijvoorbeeld gasbolletjes zoekt kan zich best instellen op Campingaz. Bolletjes met schroefdraad zijn veel moeilijker te vinden ; wie daar op rekent kan best een adaptor meenemen of direct na de vlucht op zoek naar die ene winkel die dergelijk specifiek materiaal wel heeft.

Interessante tochten

  • Langeafstandswandelpaden zijn deels een plan en deels realiteit met markeringen op het terrein en met een bijhorende website en ondersteuning vanuit de lokale gemeenschap. Vaak heeft die ondersteunende website ook een commerciele inslag en vind je er alle informatie voor overnachtingen, bagagetransport, pakketreizen voor een self-guided tocht of begeleide tocht enz.
  • De meest bekende trail is waarschijnlijk de Rota Vicentina. Eigenlijk meer een netwerk. Het is ingedeeld in de Historical Way, The Fishermen's Trail ("Trilho dos Pescadores") en verschillende lokale lussen. Goed voor vele weken wandelplezier. De Fishermans trail loop grotendeels door één van de grootste natuurparken van Portugal.
  • Op de Azoren worden de oude paden die boeren en herders gebruikten om naar hun werk op afgelegen uithoekjes te gaan, opnieuw in ere hersteld. Deze bergpaden zijn deels omgevormd tot meerdaagse routes (afhankelijk van het eiland 2 tot 4 dagen) en deels kortere lokale lussen en varianten.
  • Wijngaarden, de uitzichten op de Douro-vallei, Romeinse, Keltische en middeleeuwse resten, bossen, dorpjes, ... staan op het programma van de GR 36 langs de Douro Internacional. Dit stuk van de Douro is zonder twijfel het ruigste stuk van deze stroom : diep ingesneden tussen rotshellingen. Samen met een stukje van zijn Spaanse tegenhanger Sendera del Duero GR14 aan de overkant van de rivier, vormt deze een langgerekte lus van ongeveer 10 stapdagen.
  • Wie de Algarve eens langs het binnenland wil verkennen kan terecht op de Via Algarviana. Gevarieerde route, kan te voet of met mountainbike gedaan worden.
  • De oudste en meest gelopen trekking blijft de Portugese Caminho. Er zijn meerdere routes die min of meer parallel lopen tussen Lissabon en Compostella.
  • De GR22 "Aldeias Históricas" is een dubbele lus in het binnenland die 12 historische dorpen verbindt. Het is een "leading quality trail" dus de bewegwijzering staat op punt, op elke etappe is er een goede overnachtingsplek en er is bagagatransport mogelijk. Te voet 4 à 5 weken voor wie stappen combineert met bezoekjes en lekker eten, kan in 2 lussen van 2-tal en 3-tal weken opgesplitst worden. Vlot stappende paden, wordt ook met mountainbike gedaan. Een deel van de GR22 loopt door de Sera da Estrella.

Online bronnen