Dit stukje van de Franse Alpen vormt de verbinding tussen de nationale parken van Ecrins en Vanoise. Het gebied heeft een wel heel speciale bescherming als natuurgebied : het Franse leger heeft dit gebied gereserveerd voor grootschalige oefeningen die doorgaan buiten de toeristische periodes, meestal in november / december.
Het is een paradijs voor wandelaars. De voornaamste top, de Mont Thabor en de iets hogere Mont Galibier zijn bescheiden 3000-ers die vaak meegenomen worden bij een meerdaagse tocht in het gebied. De uitzichten op de pieken van de Ecrins, Grand Rousses, Aiguilles d’Arves en Vanoise zijn er adembenemend.
De streek wordt doorkruist door een padennetwerk dat meerdaagse tochten van 3 tot 10 dagen toelaat. De GR57 en de GRP “Tour du Mont Thabor” zijn twee logische lussen door het gebied.
Wie met kinderen een huttentocht wil doen van 3 à 4 dagen komt in de Névache zeker aan zijn trekken. De hoogteverschillen tussen 2 hutten zijn maar 500 à 600 m en onderweg zijn er meertjes en andere speelterreinen waar de kids zich kunnen uitleven.
Andere namen waaronder dit gebied bekend staat : wij platlanders hebben het vaak over “de Névache” als vallei. Eigenlijk is dat de naam van het voornaamste dorp. Veel vaker wordt Val Clarée gebruikt, naar de rivier die in deze vallei loopt.
De Mont Thabor is de voornaamste berg van dit kalkmassief ; de eigenlijke naam ervan is “les Cerces”.