Het Ötztal start waar de Ötztaler Ache uitmondt in de Inn. Het gaat dan stroomopwaarts enkel maar bergop naar Vent in het uiterste zuiden van het dal. Daar steek je ook de grens over met Italië en kom je terecht in het Schnalstal. Het is een zeer populaire vakantiebestemming, zowel in de zomer als de winter. Alles draait er om de bergsport. Een echte attractiepool en een wat uitdagende wandelbestemming is de vindplaats van Ötzi, in het grensgebied tussen Oostenrijk en Italië.

Ben je bekend met deze regio? Wil je graag je kennis toevoegen aan deze pagina?
Geef ons een seintje op communicatie@hikingadvisor.be

Het Ötztal

Het Ötztal loopt in noord-zuidelijke richting en is met zijn 65 km lengte het langste zijdal van het Inndal. Het dal scheidt de Stubaier Alpen in het oosten van de Ötztaler Alpen in het westen.

Van noord naar zuid strekken zich de dalbekkens van Oetz, Umhausen, Längenfeld, Sölden en Zwieselstein uit. Bij Zwieselstein splitst het hoofddal zich in het Gurgltal en het Ventertal. In het Gurgltal mondt het Timmelstal uit, waarin zich Timmelsjoch, de bergpas richting Merano in Zuid-Tirol, bevindt. Ter hoogte van Längenfeld takt nog het Sulztal af, waarin het dorp Gries im Sulztal gelegen is. Slechts ongeveer 7% van het gehele Ötztal wordt bewoond. Aan de Italiaanse kant van horen het Schnalstal met aan de ene kant de Texergruppe en de andere kant de Saldurkamm bij de Ötztaler Alpen. Deze zuidkant van de Ötztaler Alpen is veel kleiner en minder complex dan de noordkant met zijn vele kammen en valleien. 

De Ötztaler Alpen zijn verder naar het zuiden ontstaan en bij het verdere vormen van de Alpen naar het noorden verschoven. Een deel werd reeds 450 miljoen jaar geleden omgevormd, een ander deel pas ongeveer 300 miljoen jaar. De vele tongen van de Ötztalgletsjer slepen het dal tijdens de ijstijd uit tot een smal trogdal, dat door meerdere bergstortingen in terrassen werd opgedeeld. Het lange dalgedeelte tussen Längenfeld en Sölden deelt het dal in in een sneeuwarm deel gericht op het zomertoerisme in het noorden en een wintersportgebied diep in het dal.

De gletsjers zijn van betekenis als wateropslag en voor de waterkracht. De Gepatschferner is een uitgestrekte gletsjer in de Ötztaler Alpen en na de Pasterze op de Großglockner de grootste gletsjer in de oostelijke Alpen. Andere grote gletsjers zijn de Gurgler Ferner, de Hintereisferner en de Große Vernagtferner.

Klimaatveranderingen hebben keer op keer geleid tot het aangroeien en afsmelten van de gletsjers, maar de laatste decennia neemt de omvang van de gletsjers aanzienlijk af. In de Ötztaler Alpen zijn verder talrijke bergmeren te vinden, die zijn ontstaan na uitholling door gletsjerijs en het daaropvolgende smelten hiervan.

Home of Ötzi

Ötzi is de naam die is gegeven aan de ijsmummie van een man uit de Kopertijd. Twee Duitse bergwandelaars vonden hem op 19 september 1991 in de Italiaanse Ötztaler Alpen. Hij is de oudste menselijke mummie die in Europa is gevonden. Bestudering van Ötzi, in het bijzonder zijn voeding, kleding, uitrusting en bewapening, heeft kennis opgeleverd over het leven in de nieuwe steentijd, 5300 jaar geleden. Vooral de koperen bijl die hij bij zich droeg is opmerkelijk.

De mummie lag op het Hauslabjoch in een rotskommetje aan de rand van de gletsjer Niederjochferner bij Similaun in de Ötztaler Alpen aan het eind van het Ötztal, op een hoogte van 3210 meter. De vindplaats ligt vrijwel op de Oostenrijks-Italiaanse grens. Hoewel de mummie eerst in Innsbruck belandde, is deze nu te bezichtigen in het Zuid-Tiroler Archeologiemuseum in Bolzano in Italië, omdat de vindplaats zich toch net 92,56m over de staatsgrens bleek te bevinden.

Toen het echtpaar Helmut en Erika Simon de vondst had gemeld, werd het lichaam eerst voor een recent ongevalslachtoffer gehouden. Het stoffelijk overschot werd op 23 september 1991 door het instituut voor forensische geneeskunde van de Universiteit van Innsbruck& nogal onzorgvuldig geborgen. Daarbij zijn ernstige beschadigingen aan de mummie opgetreden en aan de nevenvondsten, die eerst over het hoofd waren gezien. Zodra het belang van de vondst duidelijk werd, is de vindplaats herhaaldelijk – onder meer in de zomer van 1992 – met zeer nauwkeurige methoden uitgekamd. Daarbij werden nog relevante andere vondsten gedaan, waaronder nagels en haar.

Openbaar vervoer en bereikbaarheid

Met de TGV of nachttrein naar Innsbruck of direct naar Ötztal Bahnhof. Vanuit dit station dat aan de ingang van het Ötztal ligt en verder met de bus. Er is een goed busaanbod, dat uiteraard ruimer is in het skiseizoen en in juli/augustus dan in de rest van het jaar. 

Voor de zuidkant is het beter om naar Merano te verder reizen - trein over de Brennerpas, meestal met een overstap op de grens. Vandaaruit verder met een lokale trein of met de bus.

Vaak neem je dan nog een kabelbaan om ineens hoog in de bergen te starten aan de trektocht.

Op stap in het Ötztal

Ötztal Trek : in de vorm van een hoefijzer ontdek je het Ötztal via 22 etappes, 17000 hoogtemeters te overwinnen, 215km. Het "bergsteigerdorf" Vent is het meest zuidelijke keerpunt op de route. Deze route is opgevat als hoogteweg - de route komt dus nergens in een dorp. Ze is wel gemakkelijk en logisch op te splitsen in blokken van 3 à 5 dagen. 

Wie over voldoende ervaring beschikt kan zich wagen aan de beklimming van de Similaun Hochtour. 

De Merano Höhenweg verkent de zuidkant van de Ötztaler Alpen. Door het ruime huttenaanbod is deze hoogteweg erg flexibel. Afhankelijk van jouw conditie en het weer kan je voor uitdagende varianten kiezen of kan je kiezen uit een indeling van 5, 6, 7 of 8 stapdagen voor de 100 km en 5100 hoogtemeter van deze route.

Bij Wandelen in Ötztal | Tirol vind je een actueel aanbod aan mooie wandeltochten in het Ötztal.

Wandelgidsen :

Tochtverslagen

Zomer