Dit gebied ligt in het zuidoosten van Zwitserland en is quasi volledig Italiaans getint. De centrale Levantina vallei is die van de Ticino-rivier en loopt van de Gotthardpas tot aan het Lago Maggiore. Deze centrale vallei is één van de belangrijkste verkeersassen doorheen de Alpen. Zowel met de trein als met de auto dus uitstekend bereikbaar.
De zijvalleien en bergkammen zijn zeer interessante wandelgebieden. Over het algemeen net iets lastiger en iets mediteraner en droger dan de rest van de Alpen. Deze zijvalleien komen vaak uit op hoge Alpenpassen die met de auto of fiets toegankelijk zijn : Val Bedretto (Nufenenpas), Val Blenio (Lukmanierpas), Val Calanco, Val Mesolcina (San Bernardinopas), Val Versasca, Valle Maggia en Centovalli (weg naar Domodossola). Tussen deze diep ingesneden valleien (hoogte 250 à 750 m) liggen kammen met toppen tussen 2500 en 3000 m hoogte. Er is een uitgebreid paden- en huttennetwerk. Alleen de hoogste toppen Bassodino (3273) op de grens met Italië en Rheinwaldhorn (3402) (Adula) op de grens met Graubunden hebben een kleine gletscher.
De rotsen zijn er voornamelijk solide gneis en graniet.
Het Lago Maggiore is, samen met Lago Lugano en het in Italië gelegen Lago di Como, door kunstenaars, filmmakers en Instagram-influencers beschouwd als één van de mooiste landschappen die er bestaan. Dit gebied in het zuiden van Ticino, is lager en dichter bewoond, maar is vooral in voorjaar en herfst een interessant wandelgebied waar natuur, cultuur en lekker eten perfect kunnen gecombineerd worden. Vergis je niet : ook in dit uiterste zuiden van Ticino zit je nog volledig in de Alpen en zijn de meeste wandelpaden echte bergwandelpaden met forse hoogteverschillen.
Rond de meren is de geologie veel diverser en komen ook kalk, dolomiet en vulkanische rots voor.
Helemaal in het noorden van het kanton Tessin, tussen Lago Ritom, Passo Lucomagno en Greinapas, ligt een wandelgebied met een ander karakter. Het is een aaneenschakeling van hoogvlaktes die rond 2000 m liggen. Landschap, berghutten en dorpen vormen er een soort fusion van Ticino met invloeden uit Graubunden en Duitstalig Zwitserland.
Hoogveengebied bij Passo delle Colombe, typisch voor de noordkant van Ticino.