De Cotswolds is een heuvelachtig gebied in het westen van Engeland. Je wandelt er door groene heuvels tussen weiland en bos, en langs stemmige dorpen en landhuizen met prachtige tuinen. Woeste natuur tref je hier niet aan, wel een aantrekkelijk mee door de mens gevormd landschap. Je kan je zo voorstellen dat Tolkien zich hierop heeft geïnspireerd voor de Shire, de Gouw waar hij de hobbits liet wonen.

Situering

De Cotswolds ligt aan de westrand van Engeland. Het is beschermd als een "Area of Oustanding Natural Beauty" : een gebied waar het landschap zelf omwille van zijn specifieke waarde behouden moet worden. Er is uiteraard veel aandacht voor natuurbescherming. Maar met behoud van het landschap zoals het door de mens mee gemaakt is. Het beschermd gebied is ruim 2000 km² groot. Eén van de projecten die het Cotswolds National Landscape bijvoorbeeld uitvoert is het herstel van bloemenrijk grasland. Dit soort hooggelegen open grasland heet "wold" en gaf dus zijn naam aan deze streek.

In de Cotswolds ontspringt de Thames. Een andere belangrijke vallei is die van de Avon die dan weer met een langgerekte bocht de andere kant uit stroomt, richting Bristol.
Aan de westkant eindigt de Cotswolds met de "escarpment" : een steile kalkrijke heuvelrand van waaruit je bij mooi weer uitkijkt op Bristol en Gloucester in de vallei van de Severn en verderop Wales. Naar het oosten toe is het reliëf veel minder opvallend.

De bekendste stad van de regio ligt aan de zuidkant nl. Bath. Deze stad is bekend voor een aantal warmwaterbronnen die al sinds de Romeinse tijd gebruikt worden in badhuizen. De andere toegangspoort tot de Cotswolds is Oxford, bekend om zijn universiteit.

De Cotswolds waren in de middeleeuwen relatief rijk, door de handel in wol. Ze speelden ook een belangrijke rol in de burgeroorlogen die Engeland teisterden in 1642-51 : de Cotswolds waren lang de thuisbasis van de koninklijke troepen.

Openbaar vervoer en bereikbaarheid

Bath en Oxford liggen op een 100 à 150 km van Londen en zijn uitstekend bereikbaar met de trein. Reken 3.5 à 5 uur voor een treinrit vanuit Brussel via Eurostar. In Londen is een overstap nodig van St-Pancras (aankomst Eurostar) naar Paddington station. Dit gebeurt het vlotst met een korte metro-rit.

Met de auto lukt ook maar is in de praktijk minder snel.

Binnen de Cotswolds is er een lokaal bus- en treinnetwerk.

 

Interessante tochten

De bekendste meerdaagse wandelroute is de Cotswolds Way. Dit is een national trail. Ze loopt tussen Bath en Chipping Campden ; dit historische dorp ligt op 1 uurtje met bus en trein van Oxford. Beide wandelrichtingen zijn mogelijk, maar er is een voorkeur voor noord naar zuid. De lengte is 164 km en wordt bijna altijd met overnachtingen in B&B gedaan. Voor wie wil is er een service met bagagetransport. De route richt zich op bezadigde stappers die ruim de tijd nemen om onderweg dorpjes, pubs, tuinen en historische gebouwen te bezoeken en rekent dus op 8 à 10 stapdagen van 15 à 20 km per dag. Wie het exploreren van de highlights langs de Cotswolds Way al wandelend wil doen : bekijk eens deze ene lijst en deze deze andere lijst van korte luswandelingen die de Cotswolds Way kruisen.
Nuttige info : websites van de national trail, van de toeristische dienst van Cotswolds, een heel goed gevulde blog

Op deze websites zijn ook heel veel ideeën te vinden over lusroutes, kortere routes, zaken onderweg die de moeite zijn om te bezoeken.

Beste seizoen om te wandelen in de Cotswols : heel het jaar mogelijk, maar eigenlijk best in lente of herfst. In de zomer kan het ook maar is het veel drukker en moet er ruim op voorhand geboekt worden. Je kan er ook wandelen in de winter ; sneeuw en ander extreem weer is hier erg uitzonderlijk en er blijven voldoende B&B's open.

Tochtverslagen

Winter

Lente