Weken op voorhand kwamen we al eens samen: 13 (of op dat moment eigenlijk nog maar 11) gemotiveerde bivakkeeders, met of zonder veel ervaring, met een arsenaal aan te testen of te tonen gerief (van krakende matjes tot zelfgemaakte vuurtjes), en vooral… met zeer veel goesting in 5 dagen bivakkeren in een prachtig stukje Franse Alpen: de Ecrins!

Wat voorafging…

Er werd heel wat geïnformeerd en over kaarten gebogen, er warden afspraken gemaakt en technieken geleerd. Daarnaast leerden we marsplannen uitwerken en windrozen tekenen. Kort daarna zag een WhatsApp-groep voor praktische vragen het daglicht (de Weight Watchers volgen intussen de cursus “groepsgesprekken omtrent Kcal” bij ons J), de groep werd verder aangevuld en voor we het wisten waren we toegekomen op camping ‘La Cascade’ in Venosc, de uitvalsbasis voor onze tocht.

Een eerste weging van de rugzakken (resultaat: tussen de 14kg en de 30kg!), enkele pizza’s ‘Cholesterol’ en de – denken we op dat moment nog – laatste pintjes van de week later kruipen we tijdig onze tentjes in om goed uitgeslapen aan de dag te kunnen beginnen.

Dag 1: La Danchère – Lac de Plan Vianney (↑1270m, ↔ 6km)

Onze eerste inpakronde verloopt redelijk vlot en na een korte rit naar parking La Danchère zeggen we de bewoonde wereld vaarwel. Na de eerste groepsfoto trekken we onder begeleiding van Nina, die de spits mag afbijten als koploper en kaartlezer, het bos in voor een eerste stevige klim naar het Lac de Lauvitel (550m hoogteverschil over 2,5km). ‘Death slow’ naar omhoog is de boodschap!

De paden lijken wat verschoven t.o.v. de kaart, maar we bereiken zonder problemen het meer. Hier zoeken we een picknickplaats uit in de schaduw waar we kunnen genieten van het prachtige uitzicht over het meer en de omliggende bergen. Yanick brengt ons op de hoogte over het hoe en waarom van het Parc National des Ecrins en over de ‘verboden vallei’ aan de overkant van het meer, waar de biodiversiteit zonder menselijke inmenging gemonitord wordt.

Van hieruit is het nog eens 700m stijgen tot aan onze eerste bivakplaats (Lac de Plan de Vianney op 2255m). Pittig voor een eerste dag en sommigen houden er een lichte hoofdpijn aan over, maar het uitzicht over het nog deels bevroren Lac de Plan Vianney, waar we onze tentjes opstellen, en de vallei beneden is het zonder meer waard! Al valt er wel wat gegrommel te horen over pylonen die pal in het zicht staan en of die bergdorpen nu eigenlijk echt wel elektriciteit nodig hebben?

Het avondprogramma is nog goed gevuld met uitleg over de bivak-opstelroutine en oefeningen in touwtechnieken, inclusief het maken van (iets te krappe) ‘broekjes’… Niettemin koelt het snel af op die hoogte en dus testen we niet veel later onze slaapzakken op hun comforttemperatuur. Wie geluk heeft, moet er ‘s nachts weer even uit voor een sanitaire stop en kan meteen van een prachtige sterrenhemel genieten…

Dag 2: Lac de Plan Vianney – Lac Labarré (↑760m, ↓620m, ↔ 9km)

We starten de volgende (opnieuw stralende) dag met een pittig klimmetje tot aan de Crête de la Montagne (2576m) waar we onze eerste introductie in sneeuw ‘traverseren’ krijgen. Na een rustpauze op de col volgt een eerste langere afdaling, waar we ondanks enig geschuifel goed afkomen.

Onze lunchpauze nemen we in een mooie alpenweide (2000m) net boven de boomgrens, tussen de bloemen en onder een aantal mooie lorken, of zijn het lariksen? De determinatiegids wordt erbij gehaald en zal ook de komende dagen nog regelmatig geraadpleegd worden. De mogelijks te spotten fauna krijgt ook de nodige toelichting.

We vervolgen hierna onze weg, in de hoop redelijk snel de Col de la Romeïou (2439m) te bereiken, maar onderweg komen we kort op elkaar twee met sneeuw bedekte rivieren tegen. Bij de eerste oversteek kunnen we de sneeuw nog gemakkelijk omzeilen, maar bij de tweede ligt dit net iets moeilijker en blijkt de sneeuwbrug te dun om ons te kunnen dragen. Tijd om de touwen boven te halen dus. Met deze extra zekering en hier en daar een extra helpende hand geraakt iedereen na enige tijd veilig aan de overkant, onder de sneeuw door.

Niet veel later bereiken we de col en werpen we een eerste blik op het stijl ommuurde Lac Labarré, onze bivakplek voor die nacht en een plek waar ook de marmotten en gemzen zich duidelijk thuis voelen… We raken al aardig gewend aan de bivakroutine (plaatsje kiezen – iets eten – verfrissen – koken – opruimen – ontspannen) en slagen erin er nog een oefening ‘valpartijen in de sneeuw’ bij te nemen, waarbij de grootste uitdaging blijkt om niet uit de bocht te vliegen op de glijbaan die Yanick uitgezet heeft. Tegen zonsondergang wandelen de meesten nog even terug naar de col voor een prachtig licht-en wolkenspel tussen de twee valleien.

Dag 3: Lac Labarré – Bivakplaats Valsenestre (↓1100m, ↔ 9km)

Ondanks het feit dat de ochtend niet voor iedereen even vlot verloopt (een verloren zonnebril wordt in een ingepakte tent teruggevonden…), staan we tijdig klaar voor een eerste schietoefening met het kompas. De dag bestaat hierna vooral uit een zeer lange, maar mooie afdaling tot aan de bivakplaats in Valsenestre. Onderweg komen we vele watervalletjes, een kudde schapen en één van de 5 actieve parkwachters in dit deel van het park tegen, die ons verder inlicht over het reilen en zeilen binnen het nationale park (en minstens een deel van de groep doet denken ‘wat een job !’).

De aankomst in Valsenestre wordt gevierd met een stuk huisgemaakte bosbessentaart (of alternatief) in het plaatselijke cafeetje en de zoektocht naar een tv om de match België-Frankrijk niet te hoeven missen wordt ingezet. Initieel zonder resultaat, al gaat het gerucht de ronde dat één inwoner van het dorp zijn huis open zal stellen voor iedereen die de match wil zien… Na het avondeten en een oefening in het oversteken van blokkenvelden en rivieren later gaat een deel van de groep het dorp weer in, waar de locatie van de gastvrije (maar goed verscholen) dorpsbewoner bij toeval ontdekt wordt. Een ander groepje besluit het resultaat van de match niet af te wachten en alvast een wijntje/pintje te drinken op de goede/slechte afloop.

Dag 4: Bivakplaats Valsenestre – Refuge de la Muzelle (↑1335m, ↓514m, ↔ 9km)

De volgende dag wacht ons weer een stevige en steeds steiler wordende klim naar de Col de la Muzelle (2613m). Om wat te bekomen, nemen we halverwege de klim een iets langere pauze, waar Luc plots begint te manken en Ellen een flauwte krijgt die evacuatie vereist… Wat basisregels ‘EHBO in de bergen’ en wat gestommel met een zelfgemaakte draagberrie later, voelen we ons klaar om de aanval op de col in te zetten. De laatste 100m klimmen zijn verschrikkelijk steil, maar het uitzicht op de col is dan ook hier weer adembenemend, inclusief rondcirkelende gieren, arenden en helikopters. Voor het eerst in enkele dagen is er ook weer een degelijke internetontvangst, waardoor sommigen even het thuisfront updaten en anderen nog meer in de wolken geraken doordat ze vernemen dat ze een huis gekocht hebben.

Na onze middagpauze dalen we verder af naar het Lac de la Muzelle en komen we in de vroege namiddag al toe op de bivakplaats. Tijd dus voor een zwemmetje, een dutje, wat dagdromen of rotsklimmen. Eten doen we in de hut, waar het opletten geblazen is met de waardin en we merken dat het ook geen pretje is om vegetariër te zijn in de Bergen: 1kg gekookte linzen als voorgerecht, jummy!

Het merendeel sluit de dag af door nog een stukje langs het meer omhoog te klimmen, maar van de warm aanbeloven zonsondergang valt jammer genoeg niet veel te zien… Niettemin is het de eerste keer dat er wat wolken zijn die ons het zicht belemmeren en hebben we opnieuw een stralende dag achter de rug, dus klagen doen we niet. Al blijkt het ‘s nachts wel koud genoeg te zijn om de dauw te doen aanvriezen op sommige tentjes.

Dag 5: Refuge de la Muzelle – La Danchère (↑432m, ↓1541m, ↔ 8km)

Onze laatste dag breekt aan met wederom een stralende ochtend en een ferme klim naar de Col du Vallon (2531m). Daar halen we onze stafkaarten boven voor een uitgebreidere oefening in schieten met het kompas en een driehoekspeiling. Daarna beginnen we aan de lange afdaling naar de parking. Onze knieën hebben het geweten! Gelukkig worden we genoeg afgeleid: door een marmot met showbizzallures, door de mooie zichten, door een ijskoude duik in het Lac de Lauvitel (waar Dana haar ijsbeerskills nog eens demonstreert) en door het besef dat we beter nog maar even van dit alles genieten nu het nog kan.

Langzaamaan komen we weer op bekend terrein en ook het aantal medewandelaars op onze weg groeit weer sterk aan (van gemiddeld 5 per dag tot een kleine 100?). Voor we weer op de parking aankomen wacht ons echter nog één verrassing: café les Marmottes, een prachtig gelegen terrasje onder de fruitbomen met een heel vriendelijke eigenaar. Hier kunnen we zalig zitten is en spelen we weer wat extra calorieën naar binnen om ‘aan te sterken’ na onze inspanningen.

De laatste honderden meters naar de parking zijn daardoor snel overbrugd. We wegen onze rugzakken nog eens, rijden terug naar de camping en genieten van een goede douche, een lekkere pizza en een fijne laatste babbel onder de sterren voor we de terugtocht aanvatten. Op naar een volgende tocht!

Met dank aan Liesbeth Reynders en Nina Donckers voor het leuke verslag! Gunther De Greef zorgde voor de prachtige foto’s.