Overnachten en kamperen
Accommodatie
Wil je vóór je de bergen intrekt in een stad of dorp overnachten? Geen enkel probleem. Via Booking.com, AirBnB en Google Maps vind je talloze kamers, pensions en hotels.
Houd er rekening mee dat populaire stadjes aan de voet van de Karpaten, zoals Brașov en Sibiu, vaak snel vol zitten, dus boek op tijd! Let ook op de borden met ‘Cazare’ die vaak buiten hangen; dit betekent dat er kamers te huur zijn. Vraag ook zeker de locals om tips. Vind je iets via Booking.com, probeer dan eens te boeken via de website van de aanbieder zelf; zo hoeft deze geen commissie af te dragen aan Booking.com.
Wees niet verbaasd als je een lift krijgt en vervolgens ook bed, brood en bad aangeboden krijgt. Gastvrijheid staat hoog in het vaandel bij de Roemeen, zeker op het platteland. Slapen in een klooster kan ook! Er zijn er veel van in Roemenië. Doorgaans hoef je niet te reserveren, maar volstaat het om aan te kloppen (in gepaste kledij). Wie weet mag je zelfs mee-eten met de monniken. Een overnachting is vaak gratis; je kunt een gift geven maar de Roemeens Orthodoxe kerk is eigenlijk al rijk genoeg.
Voor het boeken van een slaapplaats in een hut bestaat niet één overkoepelend systeem. Meestal moet je bellen of sms'en; soms zul je hiervoor een Roemeen moeten inschakelen want niet alle cabaniers spreken Engels. De meest recente contactgegevens vind je in de gids van Janneke. Reserveer in populaire gebieden ruim op tijd. Je tentje plaatsen kan doorgaans zonder reservering
Berghutten en refuges
De Roemeense Karpaten worden afgedekt door een prima berghuttensysteem. Een berghut heet een ‘cabana’; een refuge een ‘refugiu’. Reken in een Roemeense cabana niet op het luxeniveau dat je in een Oostenrijkse, Zwitserse of Franse hut mag verwachten. Toiletten zijn vaak een ‘hole in the ground’ buiten de hut; een douche wellicht niet meer dan een koud straaltje in een provisorisch douchehokje. Er bestaan zeker cabana’s met een hoger luxeniveau, maar die bevinden zich vaak op wat lagere hoogte. In cabana’s kun je slapen in een slaapzaal; meestal zijn er ook kleinere kamers voor twee tot vier personen beschikbaar.
Een overnachting kost een appel en een ei; voor nog geen €10 heb je al een slaapplaatsje. Ontbijt bestaat uit brood, eieren bereid naar wens, boter, jam en wat je maar verkiest. Avondeten begint doorgaans met een soep (supă of ciorbă) gevolgd door stevige en eenvoudige kost. Het meest bekende berg-avondmaal is MBS: mămăligă cu brânză și șmântână, oftewel polenta met kaas en room. High carb, high fat: daar zijn de Roemenen goed in. Van vlees zijn ze ook niet vies, en verder zul je er veel kool aantreffen.
Verwacht een gezellige sfeer in de hutten; mensen lijken elkaar vaak al jaren te kennen maar hebben elkaar waarschijnlijk pas zojuist ontmoet, en leren jou ook graag kennen. Er mag niet gerookt worden binnen, maar gedronken wordt er des te meer. Een țuică (sterke huisgemaakte brandewijn) gaat er bij de meeste Roemenen vlot in, vaak onder begeleiding van Roemeense volksmuziek. Houd je van je rust, trek je dan terug op de slaapzaal of in je tent onder de sterren. Natuurlijk verschilt de sfeer wel enorm van hut tot hut.
De refuges zijn enkel bedoeld om te gebruiken in geval van nood, maar veel Roemenen gebruiken ze in plaats van hun tent. Als je echt in gevaar bent zullen ze heus wel een plaatsje voor je maken. Ze hebben vaak een koepelvorm en zien eruit als een rood-witte halve voetbal, maar komen ook in andere verschijningsvormen. Ze zijn talrijk aanwezig op de bergruggen in bijvoorbeeld het Bucegi, Piatra Craiului en Făgăraș. In de noordelijke provincies zijn zowel berghutten als refuges een stuk dunner gezaaid, en ben je dus meer op jezelf en je tent aangewezen.
De hoogstgelegen hut in Roemenië is Cabana Omu (2505m) in het Bucegigebergte; het gros van de hutten bevindt zich rond de 1500m. In veel gevallen zul je dus een flink stuk moeten stijgen en dalen om naar en van je hut te komen, en is je tent meenemen de handigere optie voor wie flink vaart wil maken.
Foto: Cabana Curmatura in het Piatra Craiului (Janneke Klop)
Kamperen
Wildkamperen is officieel verboden in Roemenië, maar wordt actief gedoogd. Dat wil zeggen dat je in de meeste natuurgebieden met een gerust hart je tentje kunt opzetten, mits je je gezond verstand gebruikt. Niet te dicht bij bebouwing dus, en beter niet in het bos in verband met beren. Bij veel cabana’s (berghutten) mag je ook je tentje opzetten, al dan niet tegen een kleine vergoeding. Je kunt dan vervolgens je maaltijden nuttigen in de cabana (niet verplicht). Let wel: je mag niet overal zomaar je tent neerplanten. Zodra je je in een nationaal park bevindt mag je alleen bivakkeren in daarvoor aangewezen zones. Deze staan altijd keurig op de kaart aangegeven en in het terrein middels een bordje. Kampeer je buiten deze zones, dan riskeer je een fikse boete.
Entry fees
Houd er ook rekening mee dat je een klein entreebedrag dient te betalen voor een aantal nationale parken, zoals het Piatra Craiului en het Retezat. Dit kun je vaak kopen bij de eerste berghut die je tegenkomt. Er wordt in de praktijk niet altijd even goed gecontroleerd hierop, maar door te betalen draag je zeker bij aan het voortbestaan van deze groene long van Europa.
Openbaar vervoer
Trein en Bus
Per trein reis je van Amsterdam of Brussel naar Wenen. Vanaf daar rijdt er sinds kort een directe nachttrein naar Boekarest, die ook stopt in Braşov en andere plaatsen nabij de bergen. Je kunt overnachten in Wenen, maar je kunt de treinen ook mooi op elkaar aan laten sluiten.
Wil je per trein naar Roemenië reizen, lees dan deze blog eens voor tips.
Op www.cfrcalatori.ro kun je je treinreis plannen en eventueel al tickets kopen. Op www.autogari.ro doe je hetzelfde, maar dan voor bussen.
Vliegen
Mocht je willen vliegen, dan heb je verschillende opties. WizzAir vliegt van Eindhoven naar Cluj-Napoca; de beste basis voor wie Maramureş of het Apuseni wil verkennen.
Als je naar het zuidoosten (Braşov) wilt, kun je beter naar Boekarest vliegen – of naar het veel kleinere maar zeer mooie Sibiu. Een luchthaven in Braşov is in de maak. Timişoara is een goede basis voor wie naar het zuidwesten van Roemenië wil (Retezatgebergte, Banat).
Beste periode
Het zomerseizoen loopt van begin mei tot eind september. Houd er rekening mee dat er boven de 2000m tot laat in het seizoen sneeuwvelden kunnen liggen. Lager gelegen gebieden, zoals het Apuseni, kun je ook eerder en later in het seizoen bezoeken.
Liever in de winter naar Roemenië? Dat kan ook; er zijn een flink aantal prima skioorden en wandelen in de sneeuw is heerlijk.
Bewegwijzering en paden
De bewegwijzering van de Roemeense wandelpaden wordt grotendeels voorzien en onderhouden door vrijwilligers van diverse organisaties, zoals Asociaţia Montană Carpaţi. Markeringen zijn er doorgaans in drie kleuren gecombineerd met vier vormen:
- rood, geel, blauw
- streep, kruis, driehoek, cirkel
- altijd op een witte ondergrond weergeven
De (rode) streep markeert doorgaans de hoofdroute over een bergrug; een kruis geeft een verbindingsroute aan; driehoeken en cirkels zijn ‘secundaire trails’.
Dan zijn er ook nog de ‘dartboards’: een gekleurde cirkel met een witte en gekleurde ring eromheen. Deze geven circulaire routes aan. Dit is althans de theorie; in de praktijk kan het gebruik iets anders uitvallen. Het belangrijkste is dat je de gemarkeerde routes keurig op de kaart kunt terugvinden.
Bekijk zeker deze overzichtelijke uitleg over het gebruik van de diverse markeringen (helaas enkel in het Roemeens, gebruik Google translate). Naast de geverfde markeringen tref je op kruispunten signposts aan waarop de elkaar daar kruisende routes en richtingen staan aangegeven.
Verwacht in Roemenië geen aangeharkte paden. Je hoeft je heus niet met een kapmes door het bos te begeven (meestal niet, althans), maar alles is nét een tikje ruiger dan je misschien gewend bent door te hiken in de Alpen. Hoe goed de markering is hangt voor een groot deel af van het vrijwilligersnetwerk dat zich met die regio bezig houdt. Als vuistregel kun je aanhouden dat het noorden van Roemenië (Maramureș en Bucovina) een stuk ruiger is dan het zuiden (grofweg de regio’s rond Brașov en Sibiu). Trails in het Piatra Craiului en het Bucegi zijn bijvoorbeeld uitstekend bijgehouden, terwijl er in minder populaire gebergtes zoals de Munții Maramureșului aan de grens met Oekraïne nog wel eens wat gaten in de markering vallen. Maar overal geldt dat er aan gewerkt wordt; en bedenk dat ‘minder goed onderhouden’ vaak meer avontuur en minder drukte betekent. Neem echter zeker kaart en kompas mee, en een gps is vaak ook geen overbodige luxe.
Foto: oude markeringen in de buurt van Băile Herculane, in de Banaat (Janneke Klop)
Kaarten en topogidsen
De beste en meest complete serie kaarten is die van Munţii Noştri (ook een app). Andere goede kaarten worden gepubliceerd door Eco Romania en Dimap. Te koop bij de lokale reisboekhandel.
In ‘The Mountains of Romania’, geschreven door Hiking Advisor-lid Janneke Klop en in februari 2020 uitgebracht door Cicerone Press, vind je maar liefst 27 meerdaagse tochten en 10 dagtochten, verspreid over de Roemeense Karpaten. Naast deze gids kun je gebruikmaken van de Trotter over Roemenië, de Rough Guide of the gids van National Geographic om een bredere indruk van het land te krijgen. De voornoemde bergwandelgids geeft echter ook al een zeer uitgebreide introductie van het land en voorziet ook in een woordenlijst en een accommodatielijst.
Bevoorrading en water
Bevoorrading is geen enkel probleem in Roemenië. Elke stad van enig formaat heeft meerdere supermarkten, waar je prima hiking-voer kunt inkopen. Outdoorwinkels zijn er ook; naast Decathlon zijn er een aantal kleine maar fijne winkels zoals Pro Alpin in Brașov en Sibiu. In nagenoeg elk dorp vind je een ‘magazin mixt’ of een andere kleine buurtwinkel, waar je in ieder geval basisartikelen zoals pasta en rijst en misschien wat groenten kunt kopen, maar reken op niet veel meer dan dat; best zorg je dat je in een grotere stad je inkopen hebt gedaan en reken je niet op dat ene kleine dorpje aan de start van de trail.
Roemenen zijn bovendien nogal flexibel met openingstijden; als ze even hun winkeltje dicht willen doen, doen ze dat. Daar staat tegenover dat ze ‘s morgens vaak al vroeg en ‘s avonds tot laat open zijn. Dorpswinkeltjes functioneren vaak ook als bar en daarmee als roddelplek; de ideale plek dus om de lokale bevolking beter te leren kennen en een biertje met hen te drinken.
Zoals overal geldt natuurlijk ook in Roemenië dat je bovenop een kalkstenen bergrug, zoals het Piatra Craiului, geen water vindt. Maar over het algemeen geldt dat de Roemeense Karpaten beschikken over een verrassend uitgebreid en schoon waternetwerk. Bronnen, aangegeven met het woord ‘izvor’, vind je bijvoorbeeld in het Făgăraș op veel plaatsen op of nabij de hoofdroute. De meeste bronnen staan ook aangegeven op de kaart, en in de gids ‘The Mountains of Romania’ vind je voor iedere route een zeer duidelijk overzicht van waterbronnen en bevoorradingspunten.
Stroompjes zijn doorgaans ook erg schoon, maar neem voor de zekerheid een waterfilter mee (zoals de Sawyer Mini) - er lopen veel schaapskuddes rond in de Roemeense bergen en daar wil je geen ziektes van oplopen. Nu we het toch over schapen hebben: houd terdege rekening met de kuddebewakingshonden. Deze zijn getraind om de kuddes te beschermen tegen voornamelijk beren en wolven, maar als je hun territorium niet respecteert kunnen ze ook jou aanvallen. Trek altijd de aandacht van de herder, vraag hem als het nodig is om begeleiding door de kudde, en loop bij voorkeur in een grote boog om de kudde heen. Meer informatie over honden, beren en wolven vind je in voornoemde gids.